De twee types mondharmonica die je op de academie kan leren spelen zijn de diatonische harmonica met 10 gaatjes en de chromatische harmonica, die standaard 12 gaatjes heeft en een knop om de toon te moduleren.
Ze hebben elk hun eigen karakter en klankkleur.
De harmonica behoort tot de familie van vrije riet instrumenten en klinkt soms bijna als een stem.

Met onze adem kunnen we de koperen rieten in de mondharmonica doen trillen.
Door op het instrument te blazen en te zuigen kan men verschillende klanken genereren en dit kan gaan van simpele akkoorden tot complexe melodieën.
We leren op de diatonische ook hoe je extra noten (blue notes) kan spelen door te verbuigen.

In principe kan je alle kanten uit met dit instrument.
Het is een vrij jong instrument en wordt vaak gebruikt als solo instrument.
De diatonische harmonica (denk bvb aan Sonny Boy Williamson, Bob Dylan, Little Walter) hoor je eerder in roots, blues, country, pop en rock muziek.
De chromatische harmonica (denk bvb aan Toots Thielemans en Stevie Wonder) is naast popmuziek ook terug te vinden in jazz of klassieke muziek.

Eén van de grootste voordelen van het instrument is de draagbaarheid. Je kan het instrument makkelijk meenemen in je jaszak of rugzak en zo bijna overal waar je bent meteen wat spelen.

De harmonica is een vrij goedkoop instrument om aan te schaffen.
Voor diatonische spelers raden we de Hohner Rocket, Special 20 of Crossover in C aan als eerste instrument.
Voor chromatische studenten is de Hohner Discovery, 270 of CX-12 een goed instapmodel.